STAD ZONDER ARMOEDE
Meer dan een op de vijf Antwerpenaren leeft in armoede. Het huidige bestuur legt de schuld daarvoor bij henzelf. Wonen te duur? Facturen te hoog? Geen werk? “Eigen schuld. Trek je plan.” Dat moet anders. Armoede is een structureel probleem dat om structurele oplossingen vraagt. Wij pakken armoede bij de wortels aan. Wij zetten in op basisrechten als wonen, werk, gezondheid, energie, onderwijs, cultuur en sport voor iedereen. We gaan ervoor dat de stad en het OCMW een menswaardig leven garanderen voor elke Antwerpenaar. We bekampen de armoede, niet de mensen in armoede.
Achtergrond
Pak de armoede in onze stad aan. Die prioriteit zetten de meer dan 10.000 Antwerpenaren die onze enquête “De Grote Bevraging” invulden met stip op nummer één. Dat is niet verwonderlijk. Veel Antwerpenaren geraken aan het einde van de maand niet rond. Ze maken zich zorgen over hoe de facturen van hun winkelkar, de huishuur, de schoolkosten, de energierekening en de kinderopvang te betalen. Meer dan een vijfde van de Antwerpenaren leeft in armoede.
Het stadsbestuur legt de verantwoordelijkheid daarvoor bij die Antwerpenaren zelf. Wie het hoofd niet boven water houdt, heeft dat vooral aan zichzelf te wijten, zo is de redenering. Maar het is toch dit stadsbestuur dat eind 2022 bespaarde op de stadsdiensten, op het jeugd- en sociaal werk en op cultuur. En het is ook dit stadsbestuur dat de prijs voor vuilniszakken, zwembeurten en sportkampen verhoogde. Het gaf miljoenen uit aan prestigeprojecten, maar het vond geen geld voor kinderen en jongeren. Het zijn politieke keuzes die het leven en welzijn in onze stad bepalen.
Wij pakken het anders aan. Wij kiezen voor een stad waar je goed en betaalbaar kan wonen, met werkzekerheid, met gelijke onderwijskansen voor elk kind, met toegang tot betaalbare gezondheidszorg, sport, cultuur en ontspanning. Wij kiezen voor een stad zonder armoede.
Wat wij willen
Een. Betaalbare ouderenzorg
Twee. Iedereen een dak boven het hoofd
Drie. Een Wijkhuis in elke wijk
- Elke wijk met 10.000 inwoners krijgt een wijkhuis waar tal van sociale organisaties samenwerken om mensenrechten voor iedereen te garanderen.
- Het Wijkhuis kijkt naar alle noden van een persoon of een gezin. Begeleiders ondersteunen er inwoners inzake budget, wonen, werk, energie, gezondheid, onderwijs en opvoeding.
- Het Wijkhuis is laagdrempelig. Met het concept ‘koffie en formulieren’ krijgen mensen er hulp om formulieren in te vullen, diensten te bellen, facturen te lezen enzovoort bij een kop koffie of thee.
- Het Wijkhuis werkt proactief. Wijkwerkers gaan met straathoekwerk en huisbezoeken de wijk in om iedereen te bereiken. Zij pakken het niet-benutten van rechten aan.
- Het Wijkhuis is verbindend. Met ontmoetingsmomenten en ontspannende activiteiten bouwen buurtwerkers er aan verbinding tussen de diverse bewoners en aan warme, solidaire wijken.
- We willen meer gezondheidskiosken op de pleinen naar het voorbeeld van de kiosk in Borgerhout. Daar kan je zonder afspraak en gratis terecht voor informatie over gezond leven.
Meer achtergrondinformatie
We willen problemen van mensen zo snel mogelijk detecteren en ze oplossen vooraleer ze groter worden. Daarom organiseren we een brede, laagdrempelige dienstverlening dicht bij de mensen. Dat doen we met vijftig op te richten Wijkhuizen. In elke wijk en per maximaal 10.000 inwoners komt er eentje. Het Wijkhuis helpt de basisrechten van elke inwoner van de wijk verzekeren.
In hun Wijkhuis kunnen mensen terecht voor budgetbegeleiding, arbeidsbegeleiding, begeleiding bij woon-, energie- en waterproblemen, hulp bij onderwijs en opvoeding, en laagdrempelige medische hulp door verpleegkundigen.
In deze Wijkhuizen geldt het concept ‘koffie en formulieren’. Bij een kop koffie of thee krijg je van medewerkers hulp om officiële papieren in orde te brengen, om de energiefactuur uit te pluizen en andere problemen op te lossen.
Veel inwoners kennen hun rechten niet of vragen ze niet aan. Via een ‘rechtenverkenner’ zoekt een begeleider in het Wijkhuis samen met hen uit of ze alle sociale tegemoetkomingen krijgen waar ze recht op hebben.
Met ontmoetingsmomenten en activiteiten bouwen buurtwerkers aan een sterke, warme en solidaire wijk. Op die manier pakken we de eenzaamheid van veel mensen aan en werken we aan verbinding tussen bewoners.
Elk jaar organiseren we in de Wijkhuizen zitdagen in samenwerking met de FOD financiën. Zo helpen we mensen met het invullen van hun belastingaangifte in een bereikbare en vertrouwde omgeving.
Buurtwerkers gaan met huisbezoeken en straathoekwerk de wijk in om mensen te bereiken die de weg naar het Wijkhuis nog niet vonden. Vanuit de Wijkhuizen kunnen we ook initiatieven ondersteunen als de Gezondheidskiosk op het Terloplein in Borgerhout. Daar kan je zonder afspraak gratis terecht voor informatie over gezonde voeding en over gezond leven in al zijn facetten.
Vier. Het OCMW garandeert een menswaardig bestaan
- Het OCMW is niet louter een partner, maar de eindverantwoordelijke voor het garanderen van een menswaardig bestaan voor alle inwoners.
- Iedereen met een hulpvraag kan bij het OCMW terecht voor hulp en begeleiding. Grondrechten worden gegarandeerd, zonder voorwaarden.
- Het OCMW gaat proactief op zoek om mensen in te lichten op welke premies, tegemoetkomingen en voordelen zij recht hebben en kent die automatisch toe.
- We streven naar een leefloon dat boven de armoedegrens ligt en doen dat met een aanvullende financiële steun van de st ad.
- De dossierlast van OCMW-medewerkers is momenteel te hoog. We werven extra maatschappelijk werkers aan zodat zij de tijd krijgen om met mensen te werken en niet louter administratief.
- In het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD) nemen we experts op en we stoppen het willekeurig (ver)oordelen van mensen in nood op basis van vooroordelen, stereotypen en het buikgevoel van politici.
Meer achtergrondinformatie
In 2015 werd de missie van het Antwerpse OCMW officieel gewijzigd. Voortaan zou het OCMW de sociale grondrechten niet langer “garanderen”, het zou er alleen nog aan “bijdragen”. Dat was geen semantische discussie, integendeel. Het toenmalige stadsbestuur maar ook het huidige kozen voor een geïndividualiseerde en beschuldigende aanpak van armoede. Wanneer een burger om hulp komt vragen, wordt er al te vaak van uitgegaan dat die burger zelf verantwoordelijk is voor zijn of haar problemen. Of straffer nog, dat de burger profiteert.
Wij willen dat de stad en het OCMW wel degelijk de eindverantwoordelijkheid nemen om voor elke stadgenoot een menswaardig bestaan te verzekeren. Natuurlijk gebeurt dat in samenwerking met andere organisaties, maar het OCMW staat garant.
We willen dat elke Antwerpenaar een inkomen heeft boven de armoedegrens en trekken dus met aanvullende steun het leefloon op. Het leefloon voor een alleenstaande ligt 200 euro onder de armoedegrens, dat van een gezin met twee kinderen ligt er 1500 euro onder. Dat is in de eerste plaats een federale bevoegdheid, maar de stad kan aanvullende steun geven.
We willen ook dat het leefloon onvoorwaardelijk is en zonder verplichtingen zoals werkbereidheid of verplichte gemeenschapsdienst. En dat het rekening houdt met een veranderende realiteit. Cohousing en samenhuizen moeten kunnen zonder dat je een derde van je leefloon verliest.
REMI is een online tool die op maat van ieder gezin vaststelt in welke mate het gezinsinkomen toereikend is om menswaardig te kunnen leven. Deze tool vertrekt van minimale referentiebudgetten om te lage, niet-menswaardige gezinsinkomens op te trekken tot aan de armoedegrens. Het Antwerpse stadsbestuur heeft de trieste primeur gehad deze sociale tool te gaan gebruiken om bepaalde leeflonen… af te toppen. We schaffen deze praktijk weer af. De tool werd ontwikkeld om te lage ondersteuning op te trekken, niet om ondersteuning te korten.
In het BCSD, het bijzonder comité voor de sociale dienst, nemen we experts op: hulpverleners en maatschappelijk werkers met ervaring, kennis en expertise. Nu bestaat het bijzonder comité alleen uit verkozen politici. Die behandelen dossiers, eigengerechtig, naar hun ideologische overtuiging en hun buikgevoel. Ze worden er ook nog eens royaal voor vergoed, 260 euro (!) per zitting. Experts kunnen de willekeur tegengaan. Zij hebben meer voeling met de dagelijkse leefwereld van mensen in armoede.
Veel mensen met recht op een uitkering doen daar geen beroep op omdat ze het niet weten of omdat ze bang zijn als ‘profiteur’ bekeken te worden. Dat is het gevolg van het ‘eigen schuld, dikke bult’ van de rechtse partijen. Mensen met recht op een uitkering moeten ook voortdurend aantonen dat ze behoeftig zijn, met attesten, papieren en bankuittreksels.
Heb je wel genoeg inspanningen gedaan om werk te vinden? Kan je familie je niet helpen? Is je aanvraag geen sociale fraude? Het beleid zet buitenproportioneel veel middelen en personeel in om fraude te onderzoeken, zelfs in samenwerking met privéfirma's. Nochtans, de sociale fraude wordt op vijf procent geschat terwijl wel veertig procent van wie er recht op heeft, geen hulp vraagt.
Het kan anders. De overheid weet zo veel over ons. Het is perfect mogelijk om van iedereen te weten waar zij of hij recht op heeft en het berekende bedrag over te schrijven op de bankrekening. Wij willen de verschillende rechten automatisch toekennen. Net zoals het groeipakket (het vroegere kindergeld) willen we dat andere rechten zoals de inkomensgarantie voor ouderen (IGO), de tegemoetkoming voor personen met een beperking en het leefloon automatisch in orde worden gebracht.
Zo kunnen maatschappelijk werkers en dienstverleners zich concentreren op de begeleiding van mensen en op hun signaalfunctie. Het leidt tot minder administratie en meer toegankelijkheid. Mensen in een kwetsbare positie krijgen dan meer ruimte voor hun dagelijks leven omdat ze niet langer van het kastje naar de muur moeten lopen om hun rechten aan te vragen.
Vijf. Sociaal werk in een sociaal Antwerpen
- Sociale organisaties krijgen de ruimte en het vertrouwen om structurele problemen bloot te leggen, zonder politieke inmenging. Het sociale middenveld mag en moet kritisch zijn.
- We investeren meer middelen in sociale organisaties zodat ze zich kunnen concentreren op sterk sociaal werk.
- Een structurele ondersteuning voor de basiswerking die jaarlijks geïndexeerd wordt, biedt continuïteit voor organisaties en maatschappelijk werkers.
- Voor nieuw opduikende noden in de stad of in de samenleving geven we projectmatige ondersteuning waarbij we samenwerking tussen sociale organisaties stimuleren.
- Maatschappelijk werk vertrekt van een vertrouwensrelatie met de cliënt. Het beleid moet het beroepsgeheim van maatschappelijk werkers altijd respecteren.
Meer achtergrondinformatie
Ons sociaal beleid krijgt vorm in samenwerking met de talrijke sociale organisaties. Die zijn de experten op het terrein. Ze bieden hulp en signaleren problemen en noden in de stad. Ze versterken mensen in een kwetsbare positie.
Sociale organisaties moeten hun werk goed kunnen doen: met voldoende tijd en aandacht voor iedere hulpvraag. Met vaste maatschappelijk werkers die ervaring en kennis opbouwen en die een vertrouwensband hebben met de mensen die ze begeleiden. Dat vraagt om voldoende middelen. We investeren méér en duurzaam in sociaal werk.
Wanneer de kosten en hulpvragen toenemen, bijvoorbeeld door een pandemie of een energiecrisis, moet het budget volgen. Daarom staan we op de volledige indexatie van de middelen van sociale organisaties en lopende projecten bij inflatie. In november 2022, tijdens de energiecrisis met een gierende inflatie, besloot Vooruit-schepen Meeuws slechts een deel van de indexatie te geven. Daardoor moesten sociale organisaties nog verder besparen op hun middelen om rond te komen. Vooral de laagdrempelige en outreachende werking kwam zo onder druk.
Bij nieuw opduikende noden in de stad of in de samenleving werken we met projectmatige ondersteuning en stimuleren daarbij de samenwerking tussen sociale organisaties onderling én met andere partners. Wanneer zulke projecten verduurzamen, komen ze in de basisfinanciering. Zo kunnen we het best inspelen op complexe maatschappelijke problemen.
Als stads- en OCMW-bestuur respecteren we altijd het beroepsgeheim van maatschappelijk werkers. Zij zijn er om mensen te ondersteunen en niet om ze te controleren of hun privacy te schenden. Zo hebben zij meer tijd en middelen voor hun echte taak en komt de vertrouwensband niet in het gedrang.
De hulp- en dienstverlening moet toegankelijk zijn. Dat is een onmisbare voorwaarde om de sociale rechten te kunnen verzekeren. We gaan in gesprek met sociale en andere organisaties om de fysieke toegankelijkheid te waarborgen. Tegenwoordig zijn veel diensten bijna alleen telefonisch, via chat of mail te bereiken. Dat verhoogt de drempel voor mensen in een kwetsbare positie. De mogelijkheid tot een live gesprek zonder afspraak moet weer een groter deel uitmaken van het aanbod.
Het stadsbestuur en sociale organisaties communiceren indien mogelijk meertalig wanneer dat belangrijk is voor de anderstalige burger en/of voor de samenleving. Denk aan het bekendmaken van de hygiënemaatregelen tijdens de corona-pandemie. We maken gebruik van de expertise rond ‘Klare taal’ van Atlas.
Digitalisering moet de dienst- en hulpverlening verbeteren en vergemakkelijken voor gebruikers en medewerkers. We toetsen nieuwe digitalisering daaraan af. We zorgen voor de nodige opleiding om met nieuwe tools te werken, zowel voor medewerkers als voor gebruikers.
Zes. Het recht op wonen garanderen voor allen
- Met een actieve woonpolitiek zorgen we voor meer kwalitatieve en betaalbare woningen in Antwerpen.
- We leggen bindende voorwaarden op aan projectontwikkelaars om in elk groot nieuwbouwproject minstens een derde betaalbare huurwoningen te bouwen.
- We begrenzen de huurprijzen aan de hand van objectieve criteria zoals de kwaliteit van de woning, de isolatie, de ligging en het aantal kamers.
- Woonbegeleiders helpen mensen met woonproblemen en helpen de stad bij het uitwerken van een sociaal en lokaal woonbeleid.
- Sociale woningen worden goed onderhouden en tijdig gerenoveerd. Geen schimmelwoningen in Antwerpen.
- Verbod op uithuiszettingen door de stad Antwerpen behalve bij fraude of flagrante fouten. Niemand mag uit huis gezet worden wanneer hij niets deftigs vindt.
- We stimuleren verhuurders om naar een bemiddelaar te stappen wanneer een huurder twee maanden huurachterstand heeft. We proberen gerechtelijke procedures te vermijden.
Meer achtergrondinformatie
Onze voorstellen voor betaalbaar en goed wonen in Antwerpen leggen we uit in het hoofdstuk ‘Woonstad’. Hier hebben we het over noodzakelijke maatregelen voor de bescherming van mensen in armoede.
In de Wijkhuizen die wij willen, kunnen mensen terecht bij een woonbegeleider. Die helpt hen om een betaalbare degelijke woning te vinden, helpt de nodige papieren in orde te brengen en wijst hen op hun sociale rechten zoals hun recht op een tussenkomst voor de huurwaarborg of op een sociale woonlening. De woonbegeleider zorgt ook voor bescherming, bijvoorbeeld door gevallen van huisjesmelkerij of van discriminatie op de huurmarkt te melden. Ook kan de woonbegeleider bij onenigheid bemiddelen tussen verhuurder en huurder en zo nodig doorverwijzen naar andere diensten of noodoplossingen.
De begeleiders in de Wijkhuizen zijn onze voelsprieten op het terrein. Zij melden ons welke drempels er zijn en hoe we die kunnen wegwerken. Zij zien de noden en geven advies voor een sociaal woonbeleid.
We stimuleren de verhuurders de maatschappelijke dienstverlening te informeren wanneer een huurder twee maanden huurachterstand heeft, zowel bij de sociale huisvesting als op de private huurmarkt. Zo werken we preventiever. Tegelijk bouwen we de dienst Huurinterventie en de Preventieve Woonbegeleiding verder uit. De maatschappelijk werkers van deze diensten gaan ter plaatse om actief te helpen wanneer huurders huurachterstand hebben. Zij bekijken samen wat mogelijk is en op welke tegemoetkomingen de huurder recht heeft. Ze onderhandelen met de eigenaar om uithuiszettingen te voorkomen. Niemand wordt zomaar op straat gezet.
Zeven. Vast werk, ook voor mensen in een kwetsbare positie
- We bieden sterke stedelijke jobs met een degelijk loon aan. Er is nood aan veel profielen: straatvegers, kinderbegeleiders, leerkrachten, zorgpersoneel, zwemredders, groenarbeiders…
- We zetten in op sterke arbeidsbegeleiding naar vast werk. We helpen mensen aan een degelijke job in plaats van ze naar verplichte gemeenschapsdienst te duwen.
- Arbeidsbegeleiding combineert de zoektocht naar werk met het aanpakken van drempels op andere levensdomeinen.
- Arbeidstrajecten zonder vooraf vastgelegd eindpunt zijn mogelijk. We verleggen de focus van snelheid naar duurzaamheid.
- Werkervaringstrajecten als artikel 60 of andere alternatieve tewerkstellingsvormen zijn er alleen voor verenigingen zonder winstoogmerk en mogen reguliere tewerkstelling niet afbreken.
- We pakken sociale dumping in Antwerpen aan en helpen de slachtoffers ervan.
Meer achtergrondinformatie
Bij werkzoekenden is het risico op armoede zeven keer groter dan bij werkenden. Een goede vaste job is de beste bescherming tegen armoede. Dat is de eerste uitdaging. Werkende mensen moeten degelijk betaald worden, zodat we geen ‘werkende armen’ hebben. Maar wat doet het beleid? Het breidt de flexijobs uit, het blokkeert de lonen en voert verplichte gemeenschapsdienst in. In 2023 besliste het stadsbestuur om ook in Antwerpen de verplichte gemeenschapsdienst in te voeren. Werkzoekenden kunnen na twee jaar verplicht tewerkgesteld worden bij de stad voor 1,3 euro per uur bovenop hun uitkering. Klantbegeleiding bij loketten, zwerfvuil opruimen, groenonderhoud… met 111 werkplekken werd Antwerpen veruit de grootste promotor van de verplichte gemeenschapsdienst in Vlaanderen. Het stadsbestuur bespaarde jaar na jaar op vast personeel, om dan werkzoekenden zo goed als gratis en verplicht aan het werk te zetten. Uit het buitenland weten we al dat dit niet leidt tot duurzame, volwaardige tewerkstelling. Het enige wat het doet is volwaardige jobs in het gedrang brengen en werkzoekenden stigmatiseren. Wij zeggen nee tegen elke vorm van verplichte tewerkstelling.
In plaats van taken en diensten uit te besteden aan externe privéfirma’s met slechtere arbeidsvoorwaarden en slechtere lonen zetten wij in op het behoud en de ontwikkeling van volwaardige jobs bij de stad.
We verminderen bij aanwerving de nadruk op het hebben van een diploma, zodat sociale mobiliteit gemakkelijker wordt. De focus komt zo meer op ‘door ervaring verworven competenties’ (EVC’s). Zo hebben ook laaggeschoolde inwoners meer kans op volwaardig werk en het levert doorstroomkansen op.
‘Artikel 60-tewerkstelling’ of andere alternatieve werkvormen gebruiken we alleen als dat de best mogelijke optie is voor de betrokkene. We werken daarvoor alleen samen met organisaties zonder winstoogmerk die de nodige expertise, begeleiding en doorgroeimogelijkheden bieden.
Voor mensen in armoede is de drempel tot arbeid hoog. Solliciteren als je geen internet hebt? Op het werk geraken zonder auto of busabonnement? Wat als je geen kinderopvang kan betalen?
We investeren voor mensen in armoede in begeleiding bij een arbeidstraject dat zich niet alleen richt op werk. Begeleiders kijken naar het hele plaatje en werken de verschillende drempels weg. Dat vraagt een langere en intensievere begeleiding. Wij maken daar de nodige middelen voor vrij.
Het OCMW zet, samen met sociale organisaties, in op goede en nabije arbeidsbegeleiding.
Vrouwen in armoede krijgen te maken met menstruatiearmoede. Ze hebben onvoldoende geld om tampons of maandverband te kopen. We geven als stad het goede voorbeeld en bieden gratis tampons en maandverband aan op het werk en op de stedelijke scholen. Dat doen we ook met toiletpapier en zeep.
Acht. Energie en water zijn basisrechten
- Met isolatie- en renovatieprojecten zorgen we ervoor dat ook huurwoningen systematisch energiezuinig worden gemaakt.
- We rekenen geen herinneringskosten meer aan bij facturen voor water.
- We verlagen de gemeentelijke saneringsbijdrage voor de afvoer van water (de riooltaks).
- Via de Lokale Adviescommissie (LAC) voor Water en Energie verzekeren we de toegang tot stromend water en energie. Niemand wordt afgesloten. We gebruiken de middelen om mensen met betalingsachterstand te helpen.
- We versterken het Energiefonds en het Fonds Jovel zodat ze sterker kunnen tussenkomen om (een deel van) de schulden kwijt te schelden wanneer volledige schuldaflossing niet mogelijk is.
Meer achtergrondinformatie
Water en energie zijn geen luxeproducten. Water heb je niet alleen nodig om te drinken. Zonder water kan je je niet wassen. Je kan je toilet niet doorspoelen of je woning niet kuisen. Dat is onhygiënisch en je kan er ziek van worden. Geen fatsoenlijk bestaan zonder stromend water.
Ook energie is een basisbehoefte. Zonder energie is het koud in huis en word je sneller ziek. Je kan zonder energie ook geen eten koud zetten of koken. Je hebt geen internet om je huiswerk te doen, het nieuws te volgen, met collega’s of vrienden te chatten…
Veel mensen worstelen met hun energiefactuur, zeker met de stijgende prijzen van de afgelopen jaren. Uit angst voor de factuur zetten veel mensen hun energie zelfs lager of uit. Mensen in armoede hebben vaak nog hogere kosten door slecht geïsoleerde huurwoningen, duurdere tarieven en oude, veel energie verbruikende verwarmingsinstallaties.
Mensen met schulden bij hun energieleverancier komen terecht bij een ‘sociale leverancier’: Infrax of Eandis. Die werken samen met de Energiecel van het OCMW. Zij maken met de klanten een afbetalingsplan en verplichten hen een budgetmeter te laten installeren als ze hun schuld niet meteen kunnen inlossen. Je kunt dan alleen elektriciteit of gas krijgen als je de meter eerst oplaadt. Het is een ontoereikende en averechtse maatregel. Het maakt mensen energiearm.
Mensen in betaalmoeilijkheden hebben geen toegang tot het goedkoopste tarief op de markt. Want de ‘sociale leverancier’ rekent een duurder ‘ontradingstarief’ aan. Dat dient om “te vermijden” dat mensen bij hen ‘blijven hangen’. Ze moeten de reguliere energiemarkt op zodra ze hun schulden hebben afgelost.
Het recht op energie geven wij voorrang. De schuldaflossing komt na dat recht. De Energiecel moet zich inzetten om voor iedereen het recht op energie te garanderen. De cel maakt een haalbaar afbetalingsplan, samen met de klant. Dat plan waarborgt een blijvende energievoorziening naar behoefte.
Ook de waterfactuur is in tien jaar fors gestegen, mee door de stijging van de taksen erop. De gemeentelijke en bovengemeentelijke belastingen maken bijna de helft van de waterfactuur uit. Wij willen deze belastingen verlagen, ze zijn onrechtvaardig want ze wegen veel zwaarder door voor mensen met een beperkt inkomen.
De Lokale Adviescommissie Water moet de toegang tot stromend water garanderen. Dat dient, net als bij energie, voorrang te hebben op de schuldaflossing. Met haalbare afbetalingsplannen, opgesteld samen met de klant. Met telkens een rechtenverkenning. En zonder slimme watermeters.
Wij zetten meer in op huisbezoeken om mensen met betalingsachterstand te bereiken. We zorgen voor genoeg personeel daarvoor.
Schulden kunnen soms zo hoog oplopen dat volledige schuldaflossing onhaalbaar is. In zo’n situatie kunnen we (een deel van) de schuld kwijtschelden. Dat gebeurt nu al via het Energiefonds en het Fonds Jovel (voor water). Maar de gelden van deze fondsen zijn ontoereikend. Wij breiden ze uit, zodat mensen in nood er een beroep op kunnen doen.
Als je een factuur niet op tijd betaalt, komen er vaak kosten bij. Herinneringskosten of administratiekosten van een schuldeiser. Wij zorgen ervoor dat er geen herinneringskosten meer worden aangerekend op water- en energiefacturen.
Negen. Recht op onderwijs voor elk kind
- We bieden elke dag van de week gratis een gezonde en volwaardige maaltijd aan op school, voor elk kind. Niemand kan leren met een lege maag.
- De kost voor middagtoezicht (de boterhammentaks) willen we afschaffen en die voor de buitenschoolse opvang willen we sterk verlagen. Deze verdoken kosten lopen snel op, zeker bij jonge ouders en grotere gezinnen.
- We houden in het stedelijk secundair onderwijs de maximumfactuur goed in het oog en proberen andere netten ook aan te zetten tot kostenbesparing.
- We voorzien gratis hygiënemateriaal in alle scholen.
Meer achtergrondinformatie
Onderwijs is een belangrijke hefboom om uit de armoede te geraken. Helaas vervult ons onderwijssysteem vandaag die rol te weinig. Een vierde van de jongeren verlaat de school zonder een diploma. Dat hypothekeert hun toekomstmogelijkheden en kansen. Kinderen en jongeren uit families met een lager inkomen en opleidingsniveau hebben een veel grotere kans op schooluitval.
We bieden elke dag van de week gratis een gezonde en volwaardige maaltijd aan op school, voor elk kind. Je kan niet leren met een lege maag.
Het onderwijs is in principe kosteloos, maar veel factoren jagen de schoolfacturen de hoogte in. Dat zadelt een derde van de ouders op met financiële zorgen, vooral ouders met kinderen in het secundair onderwijs.
In het stedelijk onderwijs willen we de kost voor het middagtoezicht (de boterhammentaks) voor de ouders afschaffen. We verlagen ook de kost voor buitenschoolse opvang. Deze kosten lopen snel op, zeker bij jonge ouders en grotere gezinnen.
In het stedelijk secundair onderwijs houden we de maximumfactuur goed in het oog. Kosten voor specifieke studierichtingen en voor meerdaagse uitstappen kunnen hoog oplopen. We geven als stedelijk onderwijs het goede voorbeeld en proberen via de onderwijsraad ook andere netten aan te zetten tot een kostenbewust beleid.
Om menstruatiearmoede te voorkomen voorzien we gratis maandverband en tampons in alle stedelijke scholen.
Tien. Recht op cultuur, sport en vrije tijd
- We stimuleren gratis cultuur- en vrijetijdsactiviteiten voor iedereen bij alle organisaties en initiatieven die door de stad of de districten gesubsidieerd worden.
- Als er toch inkomprijzen nodig zijn, voorzien we gratis tickets voor kansengroepen via de A-kaart.
- In alle Wijkhuizen werkt een cultuurwerker voor elke maand een aantrekkelijk gratis vrijetijdsaanbod uit, naar het voorbeeld van de Vrijetijdsloketten..
- We voeren een derdebetalersregeling in voor lidgeld voor jeugd, cultuur- en sportverenigingen, en dit voor jong en oud zoals vandaag in Borgerhout.
Meer achtergrondinformatie
Mensen, kinderen en jongeren in armoede hebben net als iedereen nood aan sport, spel, ontspanning en plezier. Ze hebben daar recht op. We maken cultuur, sport en vrije tijd in de stad voor iedereen toegankelijk.
We stimuleren alle door de stad of districten gesubsidieerde organisaties en initiatieven om gratis cultuur- en vrijetijdsactiviteiten te organiseren. We maken daar de nodige middelen voor vrij.
We voorzien dat mensen uit kansengroepen met hun A-kaart gratis of aan een lage prijs kunnen deelnemen aan activiteiten die niet gratis kunnen zijn.
In de Wijkhuizen werken cultuurwerkers een aantrekkelijk en gratis vrijetijdsaanbod uit voor elke maand, naar het voorbeeld van het Vrijetijdsloket.
Voor kinderen en jongeren voeren we een derdebetalersregeling in voor het lidgeld van jeugd- en sportverenigingen zodat kinderen die in armoede opgroeien, toch met hun vriendjes kunnen gaan sporten en ravotten. Ook voor volwassenen komen we tussen in de inschrijfkosten, net zoals dat gebeurt in Borgerhout.