Skip to content

PVDA vraagt snelle aanwerving tweede man/vrouw op risicolijnen na nieuwe agressie

PVDA vraagt snelle aanwerving tweede man/vrouw op risicolijnen na nieuwe agressie

In Antwerpen zijn opnieuw chauffeurs van De Lijn slachtoffer geworden van agressies. “Wij wensen het personeel van De Lijn veel sterkte”, reageert Jos D’Haese, Antwerps woordvoerder en Vlaams parlementslid van de PVDA. “Dit voorval maakt opnieuw duidelijk dat we nood hebben aan een tweede man of vrouw op de bus, zeker op risicolijnen.” De PVDA roept de volgende Vlaamse regering dan ook op om de besparingen bij De Lijn te stoppen en opnieuw te investeren in personeel.

Een groot deel van het Antwerpse personeel van De Lijn legt vandaag spontaan het werk neer na nieuwe gevallen van agressie tegen een chauffeur. Na verschillende incidenten in april wordt zo opnieuw duidelijk dat de spanningen tussen chauffeurs en reizigers vaak hoog oplopen.

De Antwerpse PVDA stak de chauffeurs recent nog een symbolisch hart onder de riem. De partij wil zo de mensen van De Lijn steunen, maar pleit ook voor een tweede man of vrouw op de bus en de tram. “Zoals heel wat chauffeurs en reizigers aanhalen, is meer personeel de sleutel voor meer respect op de tram en bus”, zegt Jos D’Haese, woordvoerder en Vlaams parlementslid voor de partij.

“Een tweede man of vrouw op de bus en tram is iemand die mensen kan helpen bij het in- en uitstappen”, gaat D’Haese verder. “Iemand die uitleg kan geven over lijnen en aansluitingen. Iemand die ook kan helpen om een oogje in het zeil te houden en de veiligheid te garanderen.” Ondanks de duidelijke noden en afgeschafte ritten, slaagt De Lijn er niet in om voldoende nieuwe chauffeurs aan te werven. “Al drie jaar worden broodnodige aanwervingen beloofd, maar door de aanhoudende besparingen laten de verloning en de werkomstandigheden zo te wensen over dat de vacatures niet ingevuld geraken”, zegt D’Haese. “We roepen de volgende Vlaams regering dan ook op om de eindeloze besparingen bij De Lijn te stoppen en opnieuw te investeren in personeel.”

 

Perscontact: Jos D’Haese