Enkele dagen voor de uitverkoop van natuurgebied Kwade Velden door het stadsbestuur aan betonboeren organiseert PVDA Merksem een eigen alternatieve veiling. “Zodat ook de standpunten van de buurtbewoners aan bod komen”, zegt Tristan Faes, districtsraadslid voor PVDA. “Zij willen dat dit gebied behouden blijft voor wandelingen, voor ontspanning en als rustplek voor de buurt.”
Op maandag 23 november protesteerde PVDA Merksem tegen de uitverkoop van Kwade Velden. Vrijdag 27 november zal het stadsbestuur het groengebied via AG Vespa verkopen. Wie interesse heeft om Kwade Velden te kopen, zal een project moeten voorleggen aan een vierkoppige jury. Het doel is om 47 wooneenheden te bouwen. “Die verkoop maakt heel wat protest los”, aldus PVDA-districtsraadslid Tristan Faes. “Op die manier zal een van de weinige grotere stukken groen in Merksem volgebouwd worden. Daarom voeren wij hier vandaag actie. Met een gespeelde veiling willen we de standpunten van de buurt onder de aandacht brengen.”
Tot de dag van vandaag is er door het stadsbestuur niet geluisterd naar het protest van de buurt, laat staan dat er ruimte tot inspraak geweest is. Daarom heeft PVDA die inspraak zelf georganiseerd. Tristan Faes: “We hielden een rondvraag bij meer dan 70 Merksemnaren over hun standpunt over dit dossier. Uit de vele reacties blijkt duidelijk dat Kwade Velden in een al volgebouwd district een geliefde plek is om even te komen wandelen, of om te genieten van de aanwezige koeien. De leefbaarheid die dit gebied schept, is zeker in deze coronatijden dubbel zo belangrijk gebleken.”
PVDA Merksem sluit zich aan bij het buurtprotest en ziet dan ook een andere toekomst voor Kwade Velden dan de bouwpromotoren. “Er is nood aan betaalbare woningruimte in Merksem,” vult Tristan Faes aan. “Maar die nood moeten we eerst en vooral aanpakken door te investeren in de grote leegstand in Merksem. En dus niet door de broodnodige groene ruimte uit te verkopen aan bouwpromotoren. Bovendien leidt het bouwen van nieuwe woningen ook tot veel meer bodemverharding in het district. En dat is compleet in tegenspraak met ‘Antwerpen breekt uit’, het onthardingsproject waarmee de stad graag uitpakt.”
