Mie Branders stelt zesentwintig vragen voor een openbaar Zorgbedrijf

Mie Branders stelt zesentwintig vragen voor een openbaar Zorgbedrijf

16 juni 2021

Op de algemene vergadering van het Zorgbedrijf Antwerpen van vanavond, 16 juni 2021, zal de raad van bestuur haar privatiseringsplannen toelichten. Gemeenteraadslid Mie Branders is voor de PVDA lid van de algemene vergadering en stelt zesentwintig essentiële vragen aan kersvers voorzitter Els Van Doesburg en CEO Johan De Muynck over de geplande privatisering.

“Ik ben de voorbije weken aangesproken door tal van patiënten, kinderen van patiënten, collega-hulpverleners, vakbondsmensen… Er is veel ongerustheid bij personeel en gebruikers van het Zorgbedrijf. Ze hebben het gevoel dat er boven hun hoofden wordt beslist en dat er niet teveel vragen mogen gesteld worden. Op de vergadering zal ik hun vragen stellen en ik verwacht duidelijke antwoorden.” stelt Branders.


Algemeen

1.

In een brief aan het personeel spreekt de CEO van het Zorgbedrijf over een (gedeeltelijke) privatisering van het Zorgbedrijf. Zijn we akkoord dat we in de toekomst deze naam aan de huidige plannen kunnen geven?

2.

De stelling van het stadsbestuur is dat het privatiseren van het Zorgbedrijf cruciaal is om de zorgvoorziening financieel gezond te houden en haar sociale opdracht te kunnen vervullen. Alles wordt in voorbereiding gebracht om deze privatisering zo snel mogelijk door te voeren. Maar vandaag is dat nog niet wettelijk en is het debat in het Vlaams parlement over het decreet dat privatisering mogelijk wil maken nog niet gestart. Wat is het plan B als deze privatisering niet kan doorgaan? In hoeverre zijn de plannen vandaag nog terugdraaibaar?

3.

Als één van de redenen voor de privatisering wordt de verminderde dotatie van het stadsbestuur aan het Zorgbedrijf gegeven. Kan u een overzicht geven van deze dotatie sinds de oprichting van het Zorgbedrijf Antwerpen?

4.

Het Zorgbedrijf wil vanaf 1 juli het zorgpersoneel onderbrengen in de VZW. Deze VZW werd in 1951 opgericht voor de personeelswerking Sodico, maar de naam werd veranderd naar Zorg+ (2018) en vervolgens naar Zorgbedrijf VZW (2019). Het doel van de VZW werd dus serieus gewijzigd. Heeft het Zorgbedrijf de procedure voor overdracht van de erkenningen met betrekking tot woonzorgcentra en andere woonzorgvoorzieningen aan de VZW ingediend bij het Agentschap Zorg en Gezondheid? Zo ja, op welke datum en kunnen we een kopie ontvangen van de besluiten tot overdracht van de erkenningen?

5.

Waarom heeft de VZW al die naamswijzigingen ondergaan? Is het niet duidelijker om gewoon een nieuwe VZW op te richten met meteen de juiste doelstelling? Of werd deze operatie uitgevoerd net om geen aanvraag tot overdracht van erkenningen bij het Agentschap Zorg en Gezondheid te moeten doen?

6.

Is het Zorgbedrijf zich bewust van de hogere eisen van het FAVV betreffende de verkoop van maaltijden van een vennootschap aan een andere instelling? Hoe zal het Zorgbedrijf zorgen voor de nodige etikettering die vandaag nog niet vereist was gezien het verdelen van maaltijden binnenin dezelfde instelling ging? Welke kosten zal dat met zich meebrengen?


Over de
private partner

7.

Welke engagementen worden er van de private partner verwacht? Hoeveel kapitaal zal deze inbrengen? Welke opportuniteiten kan het hebben voor een private partner om aandelen van het Zorgbedrijf Antwerpen aan te kopen?

8.

Schepen Duchateau verklaarde in de gemeenteraad dat de private partner een vergelijkbaar rendement als het Zorgbedrijf zal hebben (3 à 4%)  en dat er nooit financiële stromen zullen zijn van OCMW naar private partner. De komende decennia zal een geïndexeerde huur betaald moeten worden aan de vennootschap van het vastgoed waar de private partner in zit. Hoe zal je de private partners verbinden om geen hoger rendement te verwachten de komende decennia?

9.

Het volledige jaarlijkse rendement van het Zorgbedrijf werd tot nu toe geherinvesteerd in het Zorgbedrijf. Vorig jaar ging het over een positief resultaat van 12,2 miljoen euro. Met de intrede van een private partner zal een kwart van dat rendement jaarlijks terugvloeien naar de aandeelhouders en niet meer naar het Zorgbedrijf. Wat is de geschatte financiële impact hiervan?

10.

Is er een noodscenario voor wanneer de private partner zich uit het Zorgbedrijf terugtrekt of failliet zou gaan? Hoe zal de stad Antwerpen en het Zorgbedrijf hiermee kunnen omgaan? 

11.

Vorig jaar startten gesprekken met een consortium rond het Vlaams investeringsvehikel PMV, waarvan zorgvastgoedgroep Aedifica en de rusthuisuitbater Vulpia deel uitmaken. Wat is de stand van zaken van die gesprekken? Wat is de eigenaarsstructuur van dat consortium?

12.

Waarom is er een verschil in het aandeelhouderschap tussen de vzw en BV’s van het Zorgbedrijf enerzijds en bij de NV anderzijds. In de BV’s heeft het Zorgbedrijf steeds 75% van de aandelen en enkel in de vastgoedvennootschap, de NV, heeft het Zorgbedrijf 75% van de aandelen min één aandeel. Net door dat éne aandeel zou een de private partner wel een statutenwijziging kunnen blokkeren. Waarom dat verschil? Was dat een eis van het consortium?

13.

In het vennootschapsrecht geldt een blokkeringsminderheid. Als men meer dan 20% van de stemmen heeft, dan kan een beslissing tot ontbinding van de vennootschap geblokkeerd worden. Om een statutenwijziging (bv. een kapitaalverhoging) te blokkeren heeft men minstens 25% van de stemrechten nodig. Hoe kan u dan een publieke controle beloven?


Over
de besparingen

14.

De dotatie van de stad Antwerpen aan het Zorgbedrijf daalt van 39,3 miljoen euro in 2020 naar 28,7 miljoen euro in 2025. Hoe kan je beweren dat ouderenzorg belangrijk is en tegelijk op vijf jaar tijd een besparing van 27% doorvoeren?

15.

In het bestuursakkoord staat dat het Zorgbedrijf volledig zelfbedruipend zal worden. Is het de bedoeling dat de dotatie naar nul zal gaan? Tegen welke timing?


Over de
prijsstijgingen:

16.

Er wordt gezegd dat de prijzen niet zullen stijgen door de privatisering. Wat betekent dit? Zullen de prijzen van de infrastructuur niet meer mogen stijgen dan de index? 

17.

Als de voorgaande schepen hard maakt dat het Zorgbedrijf door een privatisering beter haar sociale opdracht zal kunnen uitvoeren. Wat betekent dit? Mogen we verwachten dat de huurprijzen zullen dalen? We stellen vast dat het Zorgbedrijf vandaag de hoogste huurprijzen van alle openbare woonzorgcentra heeft. 

18.

We zagen de gemiddelde dagprijs voor woonzorgcentra de afgelopen jaren stijgen met meer dan de indexatie. Bij nieuwbouw is de prijs voor de bewoners het hoogste. Bewoners uit Melgeshof konden bij de oplevering van de nieuwbouw niet mee verhuizen naar de nieuwbouw en werden elders geplaatst. Welke concrete garanties worden er gegeven dat de nieuwbouw betaalbaar blijft voor iedereen?


Over de kwaliteit van zorg

19.

Hoeveel personeelsleden zijn er in de woonzorgcentra, serviceflats, thuiszorg, dienstencheques, jeugdzorg per 100 bewoners/cliënten? Zal deze verhouding minstens dezelfde blijven de komende jaren? Mogen we u daarop afrekenen?

20.

Zal, bij de geplande uitbreiding van instellingen, het aantal personeelsleden per 100 bewoners/cliënten ook gegarandeerd blijven?


Over het personeel

Voormalig schepen Duchateau beweerde op de OCMW-raad van mei 2021 dat alle personeelsleden minstens gelijk blijven. Een grote groep gaat er volgens de voormalige schepen op vooruit. Nieuwe werknemers zouden op het einde van het jaar op dezelfde manier verloond worden als de huidige werknemers.

21.

Er zou behoud van rechten zijn gedurende één jaar voor het bestaand personeel. Na dat jaar zouden er onderhandelingen moeten worden gevoerd. Betekent dat dan dat na één jaar de loon-en arbeidsvoorwaarden volledig aangepast worden aan de desbetreffende paritaire comités? Welke zekerheid wordt er daar gesteld naar behoud van vakantiedagen en van maaltijdcheques?

22.

Het zorgpersoneel van de publieke sector gaat dit jaar een extra eindejaarspremie krijgen in het kader van het VIA6 akkoord. Zal het zorgpersoneel dat overgaat naar de privé (Paritair comité 330) ook deze verhoging van eindejaarspremie krijgen?

23.

Er wordt gesproken over voordelen voor het zorgpersoneel ten gevolge van het VIA6 akkoord. Nu is de verhoging van loonmassa binnen de private en publieke zorgsector net dezelfde, zijnde gemiddeld 6%. In de private sector komt die verhoging er in hun maandelijks loon via het IFIC-loonmodel, bij de publieke via een verhoging van de eindejaarspremie. Maar het gaat om dezelfde geldelijke verhoging. Er komt bovendien een harmonisering waarbij alle zorgpersoneel die dat wil in het IFIC zal stappen vanaf januari 2022. Welke voordelen zouden er dan toch komen voor het personeel bovenop hetgeen het VIA6 akkoord voorziet?

24.

Wat de personeelsleden betreft die onder het PC 318 (gezinszorg) en PC 319 (Jeugdzorg) zullen vallen, is het zo dat de personeelsleden van boven de 45 jaar recht zullen hebben op arbeidsduurvermindering (ADV) wat zij momenteel niet hebben in de publieke sector. Enkele tientallen personeelsleden zullen recht kunnen hebben op ADV. Hoeveel personeelsleden zullen meer ADV dagen krijgen? Zullen zij andere voordelen kwijtspelen?

25.

Het personeel in het aanvullend paritair comité PC 200 en het personeel van de dienstencheques PC 322 valt niet onder de non-profit. Reeds na jaar vijf is er geen voordeel meer in de private sector en loopt de betere verloning in de publieke sector verder op tot een maximum (na 27 jaar) van 375,69 EUR per maand. Eindejaarstoelage is in de private dienstenchequesector slechts 4,5% van het bruto jaarloon ( maximaal 1.094 EUR). In de publieke sector bedraagt de eindejaarstoelage (vast gedeelte van 1010,62 EUR + 2,5 % op bruto jaarloon), dus minstens 1.700 EUR. Zal het huidig en toekomstig personeel geen achteruitgang kennen in loon en eindejaarstoelage?

26.

Waarom werd er geen overleg gepleegd met de vakbonden hierover? De garanties over behoud van rechten worden uitgesproken op een raad van bestuur en op een OCMW-raad. Waarom werd dit niet vooraf afgetoetst en vastgelegd in akkoorden met de vakbonden?