Het komt hard aan te horen: “Mijnheer, u verdient te veel”, terwijl je niet rondkomt
16 maart 2018
Eddie leeft in armoede en geraakt daar niet uit. Hoeveel zogenaamde handvatten dit beleid ook denkt te geven. Zijn gezondheid en de scholing die zijn ouders voor hem kozen, achtervolgen hem al zijn hele leven. “Lise, ik wil dat mensen weten dat het niet een eigen keuze is om in armoede te leven”, zegt hij mij. Zijn verhaal toont dat het voor sommigen bijna onmogelijk is om uit de armoede te geraken.
Toen hij in februari in de vrieskou in zijn caravan zat en geen hulp kreeg, maakten Peter Mertens en ik een filmpje (zie onderaan). Dat werd massaal bekeken op Facebook. Vele mensen spraken schande en wilden Eddie helpen. De Antwerpse OCMW-voorzitter Duchateau reageerde dat hij niet moet helpen omdat Eddie niet in Antwerpen woont en stak de schuld op Eddie zelf. ‘De eigen verantwoordelijkheid.’
Armoede en een slechte gezondheid, ze gaan hand in hand. De boutade 'ziek maakt arm en arm maakt ziek', is vandaag in een welvarend land als België nog altijd voor heel veel mensen een harde realiteit. Zo begint de opinie voor dewereldmorgen.be die mijn collega-huisarts Anne Delespaul en ik schreven naar aanleiding van de Dag van Verzet tegen Armoede. Eddie ondervindt aan den lijve wat dit betekent. Hij was een van de compagnons in de strijd voor het behoud van het daklozencentrum De Vaart. Hij was daar zelf jaren kind aan huis en hij had een heel goeie band met de sociaal werker van het centrum. Hij kreeg er budgetbegeleiding, maar dat stopte toen het OCMW-bestuur De Vaart op de markt bracht.
Ziek maakt arm
Eddie leeft in armoede. En dat is nooit een eigen keuze geweest. Hij is een geëngageerde pientere gast die het hoofd niet snel laat zakken. Hij werkt in een sociale werkplaats. Hij is daar ABVV-vakbondsafgevaardigde en lid van het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk. Hij is ook actief bij het Sociaal Werk Actienetwerk (SWAN) en was hij op alle acties tegen de vermarkting van het sociaal werk in Antwerpen aanwezig.
Eddie lijdt aan epilepsie en suikerziekte, maar met de nodige medicatie zijn die gelukkig onder controle. Als kind ging hij eerst naar het gewone onderwijs. Maar daar vonden ze dat ze de tijd en de energie niet hadden om hem in een gewone klas op te nemen. Ze verwezen hem door naar het bijzonder onderwijs. Bovendien vonden zijn ouders dat hij maar tot zijn achttiende verjaardag naar school mocht gaan. Hij heeft zijn laatste jaar middelbaar dus niet kunnen af maken en heeft daardoor geen enkel diploma of getuigschrift. Omdat hij alleen bijzonder onderwijs had gevolgd, kwam hij terecht in een sociale of beschermde werkplaats. Hij voelt zich daar niet op zijn plaats, maar hij blijkt weinig keuze te hebben.
In de beschermde werkplaatsen kan hij wel een training ‘on-the-job’ krijgen maar niet om vaardigheden aan te leren waarmee hij ander en beter betaald werk kan krijgen. Eddie geeft niet gemakkelijk op en heeft al dikwijls gesolliciteerd voor een betere job, maar telkens kreeg hij te horen dat hij onvoldoende geschoold is. Hij blijft altijd ‘ongeschoold arbeider’.
Eddie heeft een vrouw en een schattig dochtertje van drie. Ze moeten rondkomen met 1.500 euro netto in de maand. Daarvan gaat een groot deel naar de huishuur en naar medische uitgaven. Eddie neemt medicatie voor zijn suikerziekte en epilepsie en moet regelmatig naar de dokter. Ook zijn vrouw heeft epilepsie en daarnaast psychische problemen, ze is daarvoor gedurende een lange periode in een ziekenhuis opgenomen. Dat betekent een grote hap uit het budget. Ze heeft gewerkt maar werd ontslagen wegens haar ziekte, nota bene in een beschermde werkplaats.
Een permanente strijd
Met zijn 32 jaar heeft Eddie al een heel leven achter de rug, een leven van permanente strijd, zegt hij. Hij vertelt hoe hij zich moet verdedigen tegen de bureaucratie van het OCMW. Vragen om hulp, bijstand en om een sociale woning botsen op weerstand: “U verdient te veel, mijnheer. U komt niet in aanmerking.” En daar stopt het.
Eddie vraagt zich af wat hij nog kan doen. Hij heeft alles geprobeerd. Hij wil aantonen dat hij niet zomaar of door eigen schuld in armoede terecht is gekomen, maar gewoon door zijn ziekte en die van zijn vrouw. Hij krijgt af en toe hulp van enkele familieleden, maar hij beseft dat dit geen blijvende oplossing is. En wat met al die anderen, even machteloos als hij? Het enige wat hij in zijn ogen nog kan doen om zich te verdedigen, is zijn situatie en die van zovele anderen bekendmaken. Het komt hard aan als je te horen krijgt: “Mijnheer, u verdient te veel”, terwijl je niet rondkomt.
Dit is vandaag voor velen een harde realiteit. Het jaarboek Armoede in België zegt dat in 2017 liefst 15,5 procent van de Belgen in armoede leeft. Dat zijn niet zo maar cijfers, dit zijn mensen voor wie een menswaardig leven een permanente strijd is. Anno 2018, in een welvarend land als België. Waarom blijven we dat aanvaarden? De woordvoerder van minister Zuhal Demir (N-VA) vond het op de voorstelling van het jaarboek nodig te benadrukken dat “het armoederisico niet stijgt in België, wat anderen ook mogen beweren”. Als dat de spirit is van het beleid moeten we dringend stoppen met brave acties en met jaarboeken schrijven, en zoals Daniël Blake (uit de film ‘I, Daniel Blake’ van Ken Loach, nvdr) minstens de graffiti bovenhalen.
Alarmniveau 3
Natuurlijk is dit niet alleen de schuld van het huidige beleid. Tien jaar armoedebeleid heeft geen zoden aan de dijk gebracht, zo besluit ook Decenniumdoelen2017. Het beleid van de afgelopen jaren zet in op het stimuleren (of eerder opjagen, controleren en straffen) van mensen in armoede, maar zelf faalt het flagrant in het garanderen van sociale grondrechten: onderwijs, werk, huisvesting ... Als we het armoedebeleid NU niet radicaal omgooien, staan we over tien jaar opnieuw geen stap verder. Start sociaal alarmniveau 3.
Het verslag van het gesprek met Eddie werd opgetekend met de hulp van Monika Triest. De auteur van het artikel is Lise Vandecasteele, OCMW-raadslid voor de PVDA in Antwerpen.