Skip to content

Economische uitbuiting arbeiders via onderaannemingen moet stoppen

Economische uitbuiting arbeiders via onderaannemingen moet stoppen

"Het is ontstellend dat de werf van multinational Borealis een jaar na grote zaak van uitbuiting opnieuw in opspraak is. Zestien arbeiders, ontslagen zonder betaling van hun loon. Veertien anderen wachten nog op hun vorige loon. Er zijn klachten van fraude met arbeidstijd. Dit moet stoppen." reageert gemeenteraadslid en algemeen secretaris van de PVDA Peter Mertens op de nieuwe onthullingen over mistoestanden op de werf van chemiemultinational Borealis. "Hoe vaak gaan opdrachtgevers en hoofdaannemers zich hier nog van af kunnen maken door te wijzen naar onderaannemers? Er is nood aan sluitende ketenaansprakelijkheid en meer investeringen in inspectiediensten."

Het is niet te begrijpen dat anderhalf jaar na het vorige schandaal op de Borealis-werf in Kallo, er opnieuw arbeiders aan de alarmbel moeten trekken", zegt Peter Mertens. Zestien Bulgaren, Roemen en Portugezen zeggen te zijn ontslagen door Randridge, onderaannemer van Equans en dat zonder betaling van hun laatste loon. Veertien andere zouden nog aan het werk zijn maar wachten al weken op betaling van hun vorige loon. "Elektricien Dzhelil klaagt niet alleen aan dat loon wordt achtergehouden, maar ook dat er gefraudeerd wordt met de uren, door slechts 8 uur te betalen voor 10 gewerkte uren. Op het ogenblik dat hij de situatie aanklaagt wordt hem de toegang van zijn werk onmogelijk gemaakt."

Deze feiten volgen na de grote zaak van mensenhandel en fraude vorig jaar op dezelfde werf van Borealis, toen in de zomer 174 Turkse, Filippijnse en Bengaalse arbeiders aangifte deden van economische uitbuiting en mensenhandel.
"Na alle debatten over de Borealis zaak blijkt vandaag nog steeds mogelijk dat een multinational die de opdracht geeft zijn handen in onschuld wast", stelt Peter Mertens vast. "Het is buitengewoon pijnlijk dat Borealis de onderaannemers zogezegd met hoogdringendheid aanmaant om met hun werknemers in dialoog te gaan. Dit toont vooral hoe het beleid tekortschiet om sluitende wetgeving te maken om te doen wat nodig is om flagrante uitbuiting te stoppen. Het kalf ligt gebonden bij een invoering van uitgebreide ketenaansprakelijkheid, die niet enkel het bovenliggende niveau voor verantwoordelijkheid stelt maar die opdrachtgever en hoofdaannemer aansprakelijk maken."

"In augustus 2022 riep ik in het federale parlement een gezamenlijke commissie Justitie en Sociale Zaken samen over het Borealis-schandaal’, vervolgt Mertens. “Toen heb ik daar gezegd dat we lessen uit deze zaak moesten trekken. De aansprakelijkheid van de opdrachtgever en de hoofdaannemer is een cruciale kwestie. Zij moeten verantwoordelijk worden gesteld, anders verandert er nooit iets aan die hele keten van uitbuiting en onderbetaling. De wet moet van toepassing zijn op zowel de loonschulden in de toekomst als uit het verleden.”

"Ook wat de controle op gewerkte uren betreft is het erg dat er nog steeds discussie kan zijn over aantal gewerkte uren, terwijl de registratie op dergelijke grote werven perfect zou kunnen opgelegd worden door de opdrachtgever, die ook voor de eigen vaste werknemers die controle organiseert met badges en check in - check out systemen. Tenslotte blijft het noodzakelijk om te investeren in de inspectiediensten zodat ze meer middelen hebben om de werkplaatsen te controleren", besluit Mertens.