Skip to content

Antwerpse rusthuizen zijn de duursten van het land

Antwerpse rusthuizen zijn de duursten van het land

Op de gemeenteraad van maart 2019 ondervroeg PVDA-raadslid Mie Branders, schepen Fons Duchateau (N-VA) over de hoge prijzen en het schrijnende personeelstekort in de publieke woonzorgcentra van het Zorgbedrijf. “Niets van aan”, zegt de schepen en hij bereidt ondertussen een grootschalige privatiseringsoperatie voor.

De openbare Antwerpse WZC’s zijn de duurste van het land

Het Agentschap Zorg en Gezondheid monitort sinds enkele jaren de evolutie van de prijzen in de woonzorgcentra. Uit een monitoring, uitgevoerd bij 811 woonzorgcentra, blijkt nu dat die prijs op 1 mei 2018 is gestegen naar 57,59 euro per dag of zo’n 1.728 euro per maand. Dat is een stijging met 2,29 procent tegenover 2017.

De prijzen voor de Antwerpse woonzorgcentra zijn het hoogst van Vlaanderen. Dat is onlogisch en onrustwekkend omdat in een grootstad door het schaalvoordeel die prijzen juist lager zouden moeten zijn. De tijd dat je erop kon vertrouwen dat OCMW-rusthuizen de betaalbaarste waren en de beste zorg leverden, is al even geleden. Een rusthuis in Antwerpen kost 64 euro per dag, dat is bijna 2000 euro per maand.

Met alle kosten inbegrepen spreken we zelfs van 2200 euro. Een factuur die het gemiddelde pensioen met vele honderden euro’s overschrijdt. PVDA-gemeenteraadslid Mie Branders vroeg Schepen Duchateau (N-VA) waarom de WZC’s in Antwerpen persé de duurste moeten zijn?

“Het valt allemaal goed mee”, zegt de schepen

Ten eerste zijn WZC’s in steden duurder dan elders omwille van de grondprijzen, zei Duchateau. Bovendien liggen de Antwerpse WZC’s ook nog eens in de duurste “rode zones” van de stad, terwijl andere steden de rust van de periferie opzoeken, waar het dan ook goedkoper is.

Ten tweede blijft de schepen herhalen dat de klant meer waarde krijgt voor zijn geld dan elders: televisie, internet, koelkast, strijkdienst, snacks, en 100 euro zakgeld per maand. “Met de betaalbaarheid van de kamers in het zorgbedrijf valt het dus zeer goed mee,” pronkte de schepen.

Mie Branders betwijfelt of Antwerpen de enige stad is met centrale WZC’s. "Bovendien staat letterlijk in het monitorverslag van het Agentschap Zorg en Gezondheid dat de extra kosten niet zijn meegerekend in de monitoring. Drogredenen dus, om de hoge prijzen te verdedigen. En een flinke streep wereldvreemdheid, als je denkt dat 2000 euro zeer goed meevalt voor een pensioentje van 1400 euro."

Eén jobstudente voor 24 bewoners met dementie

Vorige week bleek dat 15 woonzorgcentra (van de in totaal 816 over heel Vlaanderen) onder verhoogd toezicht zijn geplaatst. Eén daarvan is een openbaar woonzorgcentrum van het Zorgbedrijf, het Lozanahof. Dat wil zeggen dat ze zes maanden na de formele aanmaningen nog onvoldoende inspanningen gedaan hebben tot verbetering.

De werkpunten hebben vooral te maken met een tekort aan verplegend personeel zowel overdag als 's nachts. In het verslag wordt bijvoorbeeld vermeld dat een jobstudente tijdens een inspectie alleen instond voor 24 zwaar behoevende bewoners met dementie.

Een attitudeprobleem van het personeel?

Nog opvallender is de reactie van de CEO van het Zorgbedrijf, Johan De Muynck, die het dreigend tekort aan zuiver verpleegkundigen wel bevestigt. En hij erkent ook dat de werkdruk voor het personeel hoog ligt en de job emotioneel zwaar is. Hij zegt ook te weten dat het personeel onder de indruk is van het verhoogde toezicht. Maar evengoed zegt hij bijna in dezelfde zin dat er toch niet echt een personeelstekort is, want “na de toepassing van de substitutiemaatregel schakelen we zorgkundigen of ergotherapeuten in”.

Helemaal stuitend is dat de directeur aanhaalt dat er onder het personeel discussie ontstaat over wie centraal staat, de klant of de medewerker? Maar hij schijnt duidelijk niet te weten dat het personeel vooral onder de indruk is van zijn analyse: dat het allemaal een kwestie van attitude is! Als er geen medewerkers zijn, staat de klant zeker niet centraal. Als er twee verpleegkundigen alleen staan voor twee verdiepingen, of drie of bij ziekte zelfs vier, dan staat de klant absoluut niet centraal! En dan heeft het personeel absoluut het recht om te vragen wie er centraal moet staan. Dezelfde directeur is wel zelf verantwoordelijk dat de directrice die uitviel, gedurende zes maanden lang niet werd vervangen.  

Totaal geen gebrek aan personeel?

In de gemeenteraad volgde Schepen Duchateau de redenering van directeur De Muynck blindelings. Ook hij slaagt erin om in dezelfde zin te zeggen dat er totaal geen personeelsgebrek is in Lozanahof én dat er nu eenmaal schaarste is op de arbeidsmarkt om gekwalificeerd personeel te vinden. Verpleegkundigen worden inderdaad vervangen door zorgkundigen en ergotherapeuten. Verder geen probleem. O jawel, de cocktail van een attitudeprobleem in combinatie met een afwezige directie. Maar dat is nu allemaal opgelost. Niet door extra personeel te voorzien, wel door de schok van het negatieve verslag. Alle neuzen staan nu terug in dezelfde richting.

Mie Branders repliceerde dat het antwoord getuigde van een gebrek aan kennis van de werkvloer. Wie een beetje wil luisteren naar de zorg- en verpleegkundigen van de afdelingen, weet onder welke druk deze mensen moeten werken. Dat er op het einde van de overbelasting en de burn-outs een attitudeprobleem komt, is dan wel een gevolg in plaats van een oorzaak.

Winst maken op onze ouderen

Van de 15 woonzorgcentra met ernstige problemen zijn er 14 uit de private sector en één uit de openbare sector. Dat moet ons aanzetten om na te denken over de nefaste gevolgen van commercialisering van de zorg voor onze ouderen. Het grijze goud, onze oudere medemensen, zijn voor sommigen van de commerciële spelers een businessmodel geworden. Het grijze goud is een markt waarin geld wordt belegd, en naar winst wordt gestreefd.

Met de PVDA vinden we dat de zorg uit de handen van de commercie moet gehouden worden. De schepen Duchateau was het daar helemaal niet mee eens. Hij gaf toe dat er iets moet ondernomen worden tegen de cowboys in de sector, maar schaalvergroting en samenwerking met de private partners staat vooral garant voor capaciteit, kwaliteit en betaalbaarheid.

“In tegenstelling tot uw ideologie die nog nooit iets heeft bijgebracht”, sneerde hij in zijn gekende arrogante stijl. Dat laatste was een pijnlijke uitschuiver. Mie Branders is al 29 jaar huisarts bij Geneeskunde voor het Volk, gekend voor hoge kwaliteit en super-betaalbaarheid. De patiënten betalen er 2,5 euro per jaar en kunnen verder het hele jaar door gratis naar de dokter.