Skip to content

“Niemand hoort op straat te sterven.”

“Niemand hoort op straat te sterven.”

Nabestaanden, hulpverleners, en PVDA hielden dinsdagavond 9 november een bescheiden plechtigheid ter nagedachtenis van de twee mannen die vorige week donderdag dood werden teruggevonden in de fietsenstalling onder het Astridplein. “Mensen die sterven op straat, dat is pijnlijk, dat is onaanvaardbaar voor een rijke havenstad als Antwerpen ”, zegt Leen Swinnen, initiatiefneemster van de actie.

Dinsdag 9 november hielden nabestaanden, hulpverleners, en enkele PVDA-leden een herdenkingsmoment aan de ingang van de ondergrondse fietsenparking voor de twee mannen, Mike en Wesley, die daar vorige week donderdag dood werden teruggevonden.
Er werden verschillende getuigenissen voorgelezen, en na een moment van stilte werden er bloemen en kaarsjes achtergelaten ter nagedachtenis aan de overledenen. Ook op de plek waar de twee werden teruggevonden werden bloemen achtergelaten.

“Wij willen dit niet zomaar laten passeren. Wij willen dit niet zomaar vergeten. Daarom willen we er even bij stilstaan. Vandaar dat ik initiatief nam voor deze korte wake.” zegt Leen Swinnen, raadslid voor PVDA bij het BCSD (bijzonder comité voor sociale diensten van het OCMW). “Mensen die dakloos worden of zijn, het zijn in de eerste plaats mensen. Kwetsbare mensen, mensen met problemen die terechtkomen in het harde overleven van de straat.  Het is schokkend dat de burgemeester van deze stad dan het accent legt op "bijna dierlijke leefomstandigheden", en op het feit dat deze "doelgroep" soms moeilijk bereikt wordt door de hulpverlening.”

Hulpverleners spreken de burgemeester hierin echter tegen: “Ze werden wél bereikt door de hulpverlening, maar er waren niet genoeg opvangplaatsen, niet genoeg middelen, te veel uitsluiting.” zegt één van hen in een getuigenis. “Er zijn ellenlange wachtlijsten voor sociale woningen. De privé huurmarkt is onbetaalbaar. Mensen vallen van de regen in de drop, hebben te maken met slechte huisvesting, psychische trauma’s en sociale uitsluiting. Een woning, een dak boven je hoofd, is een eerste stap. Maar uit de dakloosheid en armoede kruipen vraagt tijd en veel begeleiding en zorg. Het wordt tijd dat de overheden daarin investeren.”

Om dit soort drama’s in de toekomst te vermijden, is het nodig dat er meer wordt geïnvesteerd in opvang en ondersteuning. “Misschien kan dit stadsbestuur beter de vraag stellen wat er nog kan verbeteren.” gaat Leen Swinnen verder. “Investeren in opvang is dringend nodig, opvang in ondersteunend wonen, met alle begeleiding en zolang het nodig is. Er zijn meerdere studies die bevestigen dat elke euro die je daarin investeert, dubbel en dik terugverdiend wordt, zowel voor de dakloze mensen als voor de hele samenleving.”

Er is dus dringend nood aan een noodopvang waar dak- en thuislozen ook overdag terecht kunnen, bovendien het hele jaar door. Een laagdrempelige opvang, zonder voorwaarden, met een specifieke nachtopvang voor gezinnen, zodat niemand nog op straat moet slapen!


Fotoverslag

"Niemand hoort op straat te sterven."
Foto's © Karina Brys