STAD ZONDER GRAAIERS
De stad is van ons allemaal en we betalen er allemaal voor. Die middelen zijn kostbaar. Zelfbediening hoort dan ook niet thuis in stedelijke besturen. We maken de beslissingen van het stadsbestuur weer transparant en helder. We richten een Bureau voor Transparantie en Goed Bestuur op. We maken het inkomen en vermogen van alle stedelijke bestuurders bekend en maken alle contacten met private bedrijven publiek. Daar is niets geheims aan. Voor ons geen zelfbediening maar een beleid dat vertrekt vanuit een engagement voor de samenleving en voor de publieke zaak in de stad.
Wat wij willen
Eén. Transparantie en goed bestuur
- We richten een Bureau voor Transparantie en Goed Bestuur op. Dat onafhankelijke BTGB controleert het beheer van publieke fondsen van de stad, pakt corruptie aan en sluit belangenconflicten uit.
- Het bureau gaat ook na of externe firma’s die een contract hebben met de stad zonder sociale dumping werken en geen filialen hebben in belastingparadijzen.
- Elke ambtenaar en stadsbewoner kan via een ‘ethische brievenbus’ een klacht over mogelijk misbruik of corruptie indienen. Klokkenluiders krijgen bescherming.
- We richten een gemeentelijke dienst voor stadsplanning op, als een tussenschot tussen het schepenkabinet en de projectontwikkelaars.
- We staan op maximale openbaarheid van de vastgoeddeals van de stad.
Meer achtergrondinformatie
In Antwerpen is een bedenkelijke cultuur ontstaan van verwevenheid tussen vastgoedbaronnen, financiële holdings, speculanten en partijpolitieke kingmakers. Deze cultuur verpatst de stedelijke ruimte en publieke diensten. Ze kan het zonlicht niet verdragen. Bart De Wever en co onderhouden innige contacten met figuren als projectontwikkelaar Erik Van der Paal, Fernand Huts van Katoen Natie en Antwerp-voorzitter Paul Gheysens. Die hebben allemaal vastgoedprojecten lopen in Antwerpen. Dit stadsbestuur vindt dat de normaalste zaak van de wereld.
Een stadsbestuur moet zich buiten die kwalijke verwevenheid houden. En indien nodig er tegen optreden. Dat is al jaren de essentie van de voorstellen van de PVDA, zeker sinds de publicatie van het boek Graailand van Peter Mertens in 2017.
De N-VA heeft in de vorige bestuursperiode, in 2014, het autonoom gemeentebedrijf AG Stadsplanning afgeschaft om ‘rechtstreeks’ met de projectontwikkelaars te kunnen onderhandelen. Kristiaan Borret, de ex-stadsbouwmeester, zegt daarover: “In mijn laatste periode als stadsbouwmeester kreeg ik de indruk dat transparantie, duidelijkheid en zekerheid garanderen niet meer lukte, omdat ontwikkelaars ook andere wegen bewandelden. Laten we zeggen dat het gevaar reëel is dat de transparantie verstoord wordt door shortcuts naar het kabinet.”
Shortcuts achter de schermen, ver weg van het publiek en ver weg van de gemeenteraad: in VIP-boxen, in achterkamers of in restaurants zoals ’t Fornuis waar het hele schepencollege dan de verjaardag van een projectontwikkelaar komt vieren tijdens een belangrijke vergunningsprocedure.
Toen in 2021 bekend raakte dat de auditeur van de Raad van State van oordeel was dat het stadsbestuur vanwege zijn nauwe banden met projectontwikkelaars niet meer objectief en onafhankelijk kon handelen in het dossier van de slachthuissite, vroeg schepen voor stadsontwikkeling Annick De Ridder zich af: “Wat is het probleem nu eigenlijk?”
Het probleem? Het Antwerps stadsbestuur bepaalt de spelregels voor het ontwikkelen van vastgoedprojecten à la tête du client. Het negeert adviezen van de stedenbouwkundige ambtenaar. In ruil voor een fuifzaal of de aanleg van openbaar domein mag de projectontwikkelaar grotere volumes bouwen. In dossiers als de Copernicussite, de Slachthuissite, de Maritieme Campus Antwerpen en in de Pelikaanstraat mogen bouwpromotoren megalomane projecten starten die de draagkracht van de buurt ver overschrijden. Luxehotel Botanic Sanctuary mag dan weer ongestoord bouwovertredingen plegen. Buurtbewoners of actiegroepen die niet akkoord gaan met bouwprojecten, worden als lastige pottenkijkers bejegend. Ze worden opzijgezet als klagers, manipulators of politieke onderzeeërs. Is dat inspraak en transparantie?
Rechtstreekse contacten met de schepen en het stadsbestuur, dat is de weg om veel te fiksen en te regelen. Afwijkende bouwhoogtes, parkeergarages midden in het centrum, een ruimtelijk uitvoeringsplan op maat… het kan allemaal via de achterkamers, zo ver mogelijk weg van de burger. Daarom willen wij dat er weer een tussenschot komt tussen politiek en privé. We richten een autonoom stadsbedrijf op dat waakt over de stedenbouwkundige kwaliteit en als tussenschot dient tussen het schepencollege en de ontwikkelaars.
Daarnaast richten we een Bureau voor Transparantie en Goed Bestuur op naar het voorbeeld van Barcelona. Dit ziet erop toe dat het beheer van publieke fondsen volstrekt wettelijk gebeurt. Het bureau werkt onafhankelijk van de rest van de stedelijke administratie en legt verantwoording af aan de gehele gemeenteraad, niet aan een of ander kabinet. Het licht de contracten van de stad door om te zien of er onregelmatigheden zijn, om te controleren of er niet met sociale dumping gewerkt wordt en om te kijken of er geen contracten zijn afgesloten met firma’s met filialen in belastingparadijzen.
Het bureau heeft ook een ethische brievenbus waarlangs zowel burgers als ambtenaren misbruik en corruptie (indien gewenst anoniem) kunnen aanklagen.
Het Bureau voor Transparantie en Goed Bestuur heeft de opdracht alles op tafel te leggen: de nauwe banden met bouwpromotoren, de betrokkenheid van het stadsbestuur in de zaak El Kaouakibi, de contacten van de schepen van Jeugd met de Franse multinational Babilou over de ‘markt’ van de kinderopvang, de exclusieve gesprekken met vastgoedgroep Aedificia en met rusthuisuitbater Vulpia in het teken van de privatiseringsplannen voor het Zorgbedrijf, zwartwerk en sociale dumping op bouwwerven van de stad enzovoort.
Wij willen een BTGB dat het beheer van publieke fondsen van de stad controleert, dat corruptie streng aanpakt en belangenconflicten uitsluit. Een bureau dat de klokkenluiders beschermt en waar stadsambtenaren en burgers terechtkunnen voor klachten. Want transparantie heeft controle nodig.
Waarom is dat belangrijk? Omdat de stad een publiek gegeven is. Omdat de stad met publieke middelen gefinancierd wordt. Omdat de stad de plaats is waar mensen samen leven, wonen, werken, zich bewegen en ontspannen. En waar de behoeften van de mensen bijgevolg centraal moeten staan, wat iets helemaal anders is dan de belangen van vastgoedbaronnen, financiële holdings en speculanten.
Twee. Transparantie via het openbaarheidsprincipe
- We voeren het ‘offentlighetsprincip’ of openbaarheidsprincipe in zoals dat in Zweden bestaat. Daar is het wettelijk verplicht alle beslissingen, wetgevingsprocessen en officiële communicatie openbaar te maken.
- Via dat openbaarheidsprincipe maken we, net zoals in Zweden, ook het vermogen en de verloning van politici openbaar.
- We maken een eind aan de oude politieke cultuur van het indienen van onkostennota’s als verdoken verloning.
- We maken ook een einde aan de uitzonderingen en uitvluchten waarmee het stadsbestuur het inzagerecht van gemeenteraadsleden en het recht op openbaarheid van bestuur voor burgers beknot.
Meer achtergrondinformatie
Naast hun functie als schepen, parlementslid of gemeenteraadslid hebben veel politici nog mandaten in allerlei raden van bestuur van intercommunales en andere publieke en (semi-)overheidsorganisaties. Zo heeft schepen Koen Kennis naast zijn schepenambt nog twintig mandaten in raden van bestuur, waarvan er negen betaald zijn. Een mens vraagt zich af hoe hij deze functies nog allemaal naar behoren kan uitvoeren. De zitpenningen van al die vergaderingen dikken zijn loon aardig aan. Er zijn bestuursvergaderingen waar je voor één zitting 2000 euro ontvangt, een maandloon voor veel Antwerpenaren.
De PVDA vraagt hierover al jaren volledige transparantie. We willen klaarheid krijgen over alle intercommunales waarin de stad participeert, over de mandaten en inkomens van alle Antwerpse schepenen.
Onder onze druk besloot het Antwerpse stadsbestuur uiteindelijk de jaarlijkse lijst van vergoedingen van de burgemeester, schepenen en raadsleden toch voor te leggen. Alleen: dat gebeurde niet openbaar, maar in een bruine enveloppe aan de zeven voorzitters van de gemeenteraadsfracties. Na twee jaar eindigde ook de ‘bruine-enveloppen-transparantie’ van de stad op een sisser: ze werd afgeschaft. Van enkele gemeenteraadsleden staan de mandaten nog op de website van het Rekenhof, zonder de exacte bedragen. Dat is alles.
Voor onze partij mag het loon van een politicus geen taboe zijn. Politici worden betaald met belastinggeld om in het algemeen belang te handelen. Ze moeten dan ook openheid tonen over hun ontvangsten. Bij ons wordt daar moeilijk over gedaan, maar elders in Europa is dat de vanzelfsprekendheid zelve. In Zweden bijvoorbeeld zijn alle politici verplicht hun inkomen bekend te maken. Alle beslissingen, officiële communicatie en wetgevingsprocessen zijn er openbaar, net zoals het vermogen en de verloning van politici. De Zweden zijn trots op hun “offentlighetsprincip”, hun openbaarheidsprincipe. Ze hebben er bij hun toetreding tot de Europese Unie terecht aan vastgehouden. Dat willen wij ook zo in Antwerpen.
De PVDA is tegen de oude politieke cultuur van gulle onkostenvergoedingen. De districtsraadvoorzitter van Deurne Frank Geudens (Vooruit) diende in 2021 en 2022 tot bijna 2000 euro aan bonnetjes in bij het district. Zo kon hij op kosten van de belastingbetaler gaan eten met de schepenen van de stad, zijn printer laten herstellen en een IPhone aankopen. Aan het begin van de legislatuur had het districtsbestuur in alle geheim een zesde mini-schepen geïnstalleerd. Het zat zo. Open VLD had bij de verkiezingen een veel slechtere uitslag dan Vooruit, maar ze kregen allebei één schepen en N-VA kreeg er drie. Dit “onevenwicht” werd voor Vooruit rechtgezet door Frank Geudens ‘voorzitter-plus’ te maken, met meer bevoegdheden en met bijbehorende extra onkosten. Tot 2000 euro per maand mocht hij kosten inbrengen. Dat was de deal.
“Die van Deurne zijn deze politiek van twee maten en twee gewichten beu. Het district moet besparen op de heraanleg van straten, op de G-sporten en op het cultuurcentrum. Maar voor zichzelf maakt het bestuur extra uitzonderingen. Dat stoort me enorm,” klaagde Deurnese PVDA-fractieleider Manal Toumi aan.
In theorie heeft de burger recht op informatie en wel via de wet op openbaarheid van bestuur. Gemeenteraadsleden hebben ook inzagerecht in stedelijke documenten. In de praktijk wordt die openbaarheid vaak geweigerd of onmogelijk gemaakt. In documenten blijft de essentiële informatie dan achter zwarte balken verborgen. PVDA-gemeenteraadslid Mie Branders ging meermaals, ingewikkelde en lijvige bouwdossiers van honderden pagina’s inkijken met pen en papier in een bureautje zonder dat ze een kopie mocht nemen. Dat veranderen we dus. We maken alle dossiers digitaal toegankelijk voor verkozenen en voor burgers.
Die openheid is cruciaal voor wie de democratie in onze stad serieus neemt. Pas wanneer we Antwerpen in alle openheid besturen, kunnen we garanderen dat de beslissingen gedragen zijn, dat politici verantwoording moeten afleggen voor hun daden en beslissingen en dat de stad bestuurd wordt voor alle Antwerpenaren en niet alleen voor wie een dikke portemonnee hebben.
Drie. Onverantwoorde toplonen een halt toeroepen en de draaideur tussen publiek en privé dichtdoen
- We maken de vergoedingen van de topambtenaren van de Antwerpse gemeentebedrijven openbaar via het openbaarheidsprincipe, met daarbij ook de motivatie voor de verloning.
- De hoogste ambtenaar bij de stad is de algemeen directeur. Geen enkel directielid van de stad of van autonome gemeentebedrijven mag meer verdienen dan de algemeen directeur.
- We voeren een afkoelingsperiode in tussen elk openbaar en privaat mandaat, in beide richtingen.
Meer achtergrondinformatie
Het decreet lokaal bestuur bepaalt dat een stadsambtenaar niet meer mag verdienen dan de burgemeester of de algemeen directeur. In Antwerpen ligt dat bedrag rond 210.000 euro bruto. Toch kregen een aantal ambtenaren een pak meer uitgekeerd. Zo ontving de CEO van het Antwerpse ziekenhuisnetwerk ZNA (de vroegere OCMW-ziekenhuizen) in 2016 een jaarsalaris van 450.000 euro bruto, vier keer het toegelaten maximum. Van de jaren daarna ontvingen we geen exacte bedragen meer. Dat is twintigste-eeuwse politiek van het casinokapitalisme. Iedereen in de zorg moet inleveren, ouderenverzorgsters en verpleegkundigen zitten door de werkdruk op hun tandvlees en dan laat men topsalarissen van 450.000 euro bruto toe voor CEO’s van stedelijke bedrijven. Dat is anderhalve keer meer dan wat de premier van ons land verdient. Ook in het Havenbedrijf en het Zorgbedrijf liggen de toplonen hoger dan bij de stad.
Wij pleiten ervoor de vergoedingen van de topambtenaren van de Antwerpse gemeentebedrijven publiek te maken en wel via het openbaarheidsprincipe, maar daarbij ook hun salaris te motiveren. We willen dat het salaris van de algemeen directeur het plafond is, zodat in Antwerpen geen enkel personeelslid méér verdient dan de algemeen directeur. Wij willen geen uitzonderingen meer op het decreet lokaal bestuur.
Het Antwerpse schepencollege heeft een handje weg van draaideurpolitiek. Schepenen die bevoegd zijn voor de regelgeving of het toezicht van een bepaalde sector stappen dan over naar een riant betaalde functie in een privébedrijf in deze sector. Van het vorige stadsbestuur stapten schepenen Rob Van de Velde (N-VA) en Philip Heylen (CD&V) al in het midden van de legislatuur over naar de privé. Rob Van de Velde werd een maand na zijn ontslag consultant voor projectontwikkelaars. Philip Heylen werd manager voor de holding Ackermans & van Haaren (AvH). Heylen heeft als schepen een miljoenencontract gegund aan Deme, het baggerbedrijf van AvH, voor de ontwikkeling van het bedrijventerrein Blue Gate. In het huidige schepencollege nam schepen van gezondheids- en ouderenzorg Fons Duchateau (N-VA) afscheid. Hij maakte de overstap naar het Ziekenhuis Aan de Stroom. En zo coördineert de man die als schepen de eerste stappen zette naar een privatisering van het Zorgbedrijf, nu de fusie tussen de twee ziekenhuisnetwerken. Toen PVDA-gemeenteraadslid Lise Vandecasteele informeerde naar zijn loon, wenste hij daar geen openbaarheid over te geven. Hij zei alleen dat het “marktconform” is.
De PVDA stelde hierover als enige partij vragen in de gemeenteraad. De privé trekt politici aan niet omwille van hun capaciteiten, maar omwille van hun inside informatie en hun netwerk. Onze vraag naar wat het stadsbestuur vindt van een afkoelingsperiode tussen een openbaar mandaat en een topfunctie in de privé bleef onbeantwoord. Laat het duidelijk zijn: wij willen dat er een afkoelingsperiode komt van vijf jaar.
Vier. Nieuwe stadsregionale burgerbedrijven
- We vervangen de ingewikkelde intercommunale structuren door stadsregionale burgerbedrijven op maat van de stad en de mensen.
- Ze staan onder rechtstreekse democratische controle. Ze hebben rechtstreeks verkozen raden van bestuur met daarin vertegenwoordigers van gebruikersorganisaties en van het middenveld.
- We investeren in sociale, duurzame en nuttige dienstverlening.
- In de verzelfstandigde entiteiten (autonome gemeentelijke bedrijven, zoals Ziekenhuis Aan de Stroom, het Havenbedrijf, het Zorgbedrijf) laten we steeds een vertegenwoordiger van alle oppositiepartijen toe, om het debat mogelijk te maken en geen potjes toegedekt te houden.
Meer achtergrondinformatie
De intercommunales van weleer – maatschappijen van openbaar nut, nutsvoorzieningen die zorgden voor water, stroom, verwarming en afvalophaling – zijn bureaucratische holdings geworden die totaal vervreemd zijn van de bevolking. Antwerpen maakt deel uit van heel wat intercommunales zoals de verbrandingsoven ISVAG, waterbedrijf Waterlink, netbedrijf Fluvius, crematorium Pontes…
De raad van bestuur van de afvalverwerkende intercommunale ISVAG vroeg een vergunning aan voor de bouw van een nieuwe verbrandingsoven. Omwonenden, natuurverenigingen, gezondheidswerkers: allemaal brachten ze argumenten naar voren om aan te geven dat dit geen goed idee was. De oven is niet alleen peperduur (maar liefst 176 miljoen euro), maar ook nog eens slecht gelegen, pal aan de A12, tussen verschillende woonwijken. Ook zou de capaciteit van de installatie nog groter worden, terwijl we net moeten streven naar minder afval.
Al die argumenten werden telkens weggewuifd. Potdoof voor wetgeving en wetenschappelijke argumenten, liep het stadsbestuur blind vooruit. ISVAG-voorzitter Kristof Bossuyt (N-VA) vond onderzoek naar alternatieven voor de verbrandingsoven zelfs onnodig. De voeling met de bevolking is hier ver te zoeken.
Laten we bureaucratische intercommunales vol wereldvreemde politici dan maar opdoeken en het debat starten over nieuwe openbare bedrijven, we noemen ze “burgerbedrijven”. Ze zijn aangepast aan deze eenentwintigste eeuw. Het zijn stadsregionale bedrijven: ze zijn actief in de stad en in de randgemeenten en realiseren een intergemeentelijke samenwerking die publiek, transparant en democratisch is. We zorgen ervoor dat ze streng gecontroleerd worden. Omdat de burgerbedrijven voor alle burgers werken, maken ze ruimte om te investeren in sociale, duurzame en toegankelijke dienstverlening. Als burger kan je er terecht en word je voortgeholpen.
Ook het stadsbestuur probeert de intercommunale bedrijven te veranderen, maar het wil ze liefst van al uitverkopen, zoals het dat probeerde met het Zorgbedrijf. Dankzij het verzet van het middenveld en van PVDA raadslid Lise Vandecasteele op lokaal en Vlaams niveau ging die privatisering niet door.
Wij vervangen de verouderde intercommunale structuren door stadsregionale nutsbedrijven op maat van de stad en de mensen. Zij zorgen voor een volwaardige publieke dienstverlening: voor betaalbare huisvesting, afvalophaling, kinderopvang, onderwijs en watervoorziening en voor de productie en levering van 100 procent groene, betaalbare stroom. Wij stoppen dus met het vermarkten van de zorg en de energie. We focussen op wat echt belangrijk is. Want wat voor de hele samenleving van cruciaal belang is, moet je niet verhandelen op de vrije markt.
Nieuwe stadsregionale bedrijven werken transparant en democratisch, als echte burgerbedrijven van en voor de bevolking. We brengen ze onder rechtstreekse democratische controle. In hun raden van bestuur zwaaien beroepspolitici, gepensioneerde kabinetschefs en geroutineerde dealmakers van de machtspartijen niet langer de plak. Het zijn immers verkozen raden van bestuur, met gemeenteraadsleden, vertegenwoordigers van gebruikersorganisaties en van het middenveld en met rechtstreeks verkozen burgers. Zo kan alle engagement in de samenleving renderen voor de stadsregionale bedrijven: betrokken burgers, specialisten in ethisch beleggen, dossiervreters uit het middenveld, mensen met een passie voor de stad en voor de publieke dienstverlening.
In de burgerbedrijven zetelen niet alleen leden van de meerderheid, maar ook van de oppositie. Dat is nodig om het debat mogelijk te maken en geen potjes toegedekt te houden.
Vandaag blijven die potjes juist wel toegedekt. Onder invloed van het stadsbestuur werken de raden van bestuur meer en meer volgens wat men noemt ‘private corporate governance’, met een verplichte geheimhouding en een geforceerde eensgezindheid. Zo werd de PVDA uit de raad van bestuur van het Havenbedrijf gezet toen Peter Mertens weigerde zich neer te leggen bij de geheimhouding rond een aantal bestuurlijke beslissingen. De PVDA bracht namelijk uit dat het havenbestuur de monsterboetes aan containergiganten PSA en DP-World met 52 miljoen euro wilde verminderen. 52 miljoen, dat is een gigantisch bedrag dat zomaar cadeau gedaan werd aan de allergrootste multinationals. De twee bedrijven hadden hun tonnageverplichtingen niet nagekomen en liepen zo boetes op van 67 miljoen euro. Bedrijven die actief zijn in de Antwerpse haven moeten contractueel jaarlijks een bepaald quotum aan containers verhandelen. Maar de raad van bestuur van het Havenbedrijf keurde een boetevermindering van 52 miljoen euro goed en Peter Mertens bekritiseerde die beslissing openlijk. Daarop werd hij uit de raad van bestuur gezet.
Toen de Vlaamse regering besloot om – met de steun van Vooruit (toen sp.a) en Groen – van het Autonoom Gemeentelijk Havenbedrijf een nv van publiek recht te maken, zag de haventop de kans schoon om pottenkijkers voortaan uit de raad van bestuur te weren. De oppositiepartijen werden uit het Havenbedrijf geflikkerd, met uitzondering van de sp.a die daarover een deal sloot met de N-VA. De oppositiestemmen in de raad van bestuur werden vervangen door “onafhankelijke” vertegenwoordigers. In de realiteit zijn dat Antwerpse top-CEO’s, verbonden aan Voka: Wouter De Geest, voormalig CEO van BASF en voorzitter van Voka, en Stéphane Verbeeck, de voorzitter van de Beroepsvereniging van de Vastgoedsector en voormalig voorzitter van Voka Antwerpen-Waasland.
In de haven staat de tonnenmaat voortaan centraal in plaats van de mensenmaat. Wij blijven consequent transparantie en openheid eisen zodat ook oppositiepartijen toegelaten worden in de raden van bestuur van de gemeentelijke bedrijven.